Boven- en onderhitte: 180-200°C (voorverwarmd) Heteluchtoven: 160-180°C (niet voorverwarmd) Gasoven: ongeveer op stand 3 (niet voorverwarmd) Baktijd: 30-40 minuten

Meng voor het deeg de bloem met het bakpoeder en giet het in een goed afsluitbare shaker.  Voeg de biscuitkruimels en het poedersuiker eraan toe en vermeng het geheel.  Vervolgens voegt u er de eieren, de boter of margarine en het appelsap bij.  Sluit de shaker goed af met het deksel.

Schudt meermaals krachtig met de shaker (in totaal 15-30 seconden), zodat alle ingrediënten goed vermengd zijn.  Roer alles met een garde of roerlepel nog eens zorgvuldig door elkaar, zodat alle ingrediënten die op de rand achtergebleven zijn, mee in het beslag geroerd worden.

Giet het deeg op een ingevette bakplaat (+/- 25 x 35 cm) en strijk het glad.  Schil voor het beleg de appels, verdeel ze in 4 stukken, haal het klokhuis eruit, snijd ze in fijne schijfjes en leg de schijfjes dakpanachtig op het deeg.  Bestrooi met amandelen.

Schuif de bakplaat in de oven en laat bakken. Zet de bakplaat na het bakken op een taartrooster.  Laat het gebak afkoelen en bestrooi het met poedersuiker. 

Tip: U kunt de appels voor het bakken ook met kokoskruimels bestrooien (zie recept hieronder).  En u kunt dit gebak ook makkelijk invriezen.

Ingrediënten: 125 g zachte boter, 150 g tarwebloem, 80 g suiker, 1 snuifje zout, 120 g kokosrasp. Meng voor de kruimels de boter, de bloem, de suiker, het zout en de kokosrasp in een mengkom en verkneed het geheel met de handen tot kruimels.